Waar woont de kerstman nu echt?

De kerstman huist op de Noordpool, zo zegt de traditie, die stamt uit een tijd dat we daar nog nooit geweest waren. Maar welke ontdekkingsreiziger ook de Noorpool wist te slechten, Cook, Peary, Amundsen, Byrd, Nobile, Kuznetsov of Wally Herbert, een kerstman vonden ze er niet. Dus daar kan eigenlijk een streep door.

Hij woont in Rovaniemi, zeggen de Finnen, het betondorp van Lapland dat ook nog eens door een snelweg in tweeën is gesplitst. Net buiten het stadje, pal op de poolcirkel, kun je hem bezoeken. Omringd door souvenirwinkels, die werkelijk alles verkopen waarvan je nooit hebt geweten dat je het nodig had. Hij zit er echt en je kunt met de gulle gever op de foto, al moet je daar wel voor betalen. Voor niets gaat de zon hier niet eens op in de winter. En om de claim van zijn residentie extra kracht bij te zetten is een lokale voetbalclub naar hem vernoemd: FC Santa Claus.

Nee hoor, zeggen de Alaskanen, hij woont in North Pole, het dorpje ergens in het nergens, niet ver van Fairbanks. In 1952 opende een kerstman daar zijn warenhuis. De poolcirkel is nog 200 km rijden, lunchen kun je er ook, de koffie is er niet te drinken. Buiten kerstartikelen leeft men ter plaatse vooral van de oliewinning. In de zomer is er niks te doen. Ja, je kunt op de foto met een zwetende kerstman, als je maar een paar ballen koopt. Vrijwilligers helpen jaarlijks de paar honderdduizend brieven van kinderen aan de kerstman te verwerken. Voor sommigen is dat een dagtaak.

De Groenlanders denken er weer heel anders over. De kerstman woont in Nuuk, zeggen ze, de hoofdstad van het reuzeneiland, de enige nederzetting met een paar stoplichten. En een postbus dus, van de kerstman. Stuur een brief naar Santa Claus, Nuuk en je krijgt gegarandeerd antwoord.

Nee hoor, zeggen de Noren, hij woont in Drobak. De Zweden zeggen Mora en zo kunnen we nog wel even doorgaan. Waar woont de kerstman nu echt? In elk geval in het hoofd van een paar miljoen kinderen. Laten we het daarop houden.